Vroeger,
Vroeger was ik gelukkig. Vroeger was ik anders en ik mis het, ik mis mijzelf. Ik mis het geluk in mijzelf die ik steeds weer opzocht als ik niemand anders had. Ik mis mijn emotionele onafhankelijkheid. Ik mis mijn passie voor dingen waarvan ik blij werd, omdat het vroeger nog niet onder druk stond door anderen. Ik mis mijn ouders enthousiast op de hoogte houden. Ik mis het gevoel van geliefd zijn. Ik mis het zorgen maken om kleine dingen. Ik wil weer blij zijn over het feit dat er morgen weer een nieuwe dag is. Ik mis het niet hebben van mijn telefoon, het niet boeien over hoe ik eruit zie. Ik mis mijn polsen zonder littekens. Ik mis het niet verlangen naar sigaretten en alcohol. Ik mis het niet continu contact zoeken met te oude jongens.
Vroeger vroeg ik mijzelf af waarom oudere mensen altijd zeiden
‘Vroeger was alles beter.’
En ik baal ervan dat ik het antwoord nu weet.