Ik haat alles en iedereen om me heen. ik haat m’n ouders, m'n zussen, m'n vrienden alles. Alles is zo saai, d'r is niks meer om te doen. m'n kamer is een puinhoop, motivatie is ver te zoeken, school is gewoon kut, maaltijden worden kleiner, dagen worden langer en de neiging om mezelf weer pijn te doen wordt groter. Al mijn vrienden zijn 2faced, k mag de helft van mijn vrienden groep niet eens. Mensen kennen me alleen als ze hulp nodig hebben met school/huiswerk/ of soms geld. Ik ben er altijd voor iedereen, ik geef mensen meerdere kansen. Maar wie is er voor mij? niemand. Wie hield mij vast toen k huilend op de grond zat? niemand. Wie hielp mij toen ik door een zware tijd ging? niemand. Wie zei er tegen mij dat alles goed zou komen? je raadt het denk ik al, niemand.
Het leven is zoals het is. kan er niks meer aan veranderen. Het is nu nou eenmaal kut.